Toos Verbogt

Hallo beste VPTZ collega’s,

Natuurlijk reageerde ik positief toen me werd gevraagd of ik mee wilde doen met: “Ik geef de pen door aan”, maar vroeg me daarna pas af wat ik toch in hemelsnaam moest gaan schrijven.

We zitten nu al een eind in februari; bijna een jaar nadat ons leven op z’n kop werd gezet. Dus, dacht ik, laat ik eens een terugblik werpen op het afgelopen jaar. Wat heeft dit met mij gedaan?

Tot maart vorig jaar had ik een druk (vond ik) en vol leven, ondanks dat ik al een aantal jaren van mijn pensioen geniet. Hoe zag mijn “normale” leven eruit?

Sporten driemaal per week, koorrepetitie eenmaal per week (en daarbij de archivering voor het koor), bridgen eenmaal per week, vrijwilligerswerk voor de VPTZ, minimaal eenmaal per 2 weken oppassen op onze kleinkinderen (in het oosten van het land), organiseren van maandelijkse uitstapjes voor onze vriendenclub, theaterbezoek, treinuitstapjes met man of vriendin(nen), lunchen met oud-studiegenoten of oud-collega’s. En dit alles in goede gezondheid. Wat een luxe!

Op 28 februari maakte ik met een vriendin nog een treinuitstapje met museumbezoek. Dit zou (voorlopig) het laatste zijn, want vlak daarna ging Nederland in lockdown. Tot aan de zomer vielen alle activiteiten weg en vanaf eind oktober gebeurde dit weer.

Ons gouden bruiloftsfeest viel in duigen, de geplande vakantie in Frankrijk met ons hele gezin moesten we annuleren, we konden maandenlang onze kleinkinderen niet zien en daarnaast miste ik met name de warmte en het plezier van het samen zingen (mijn passie) met mijn medekoorleden (intussen een hechte vriendenclub) en de uitstapjes met onze vaste vriendenclub.

Tot augustus durfde ik een inzet van de VPTZ niet aan en ik heb dan ook bewondering voor mijn collega’s die dit wel aandurfden.

Maar, wat zijn er veel leuke en waardevolle alternatieven en initiatieven voor in de plaats gekomen. Ik “zoom” heel wat af. Mijn 3 sportmomenten, mijn bridge, mijn koorrepetitie: alles kan online. Sinds kort zing ik online op zaterdagochtend met ± 5000 mensen uit binnen- en buitenland onder leiding van een bevlogen Nederlandse zangpedagoog; echt kicken.

Verder gebeurt er natuurlijk veel via WhatsApp, zowel in familie- als in vriendenkring en daarop komen ook vaak de leukste en grappigste filmpjes voorbij. Verder heb ik het (leg)puzzelen herontdekt; hoe moeilijker hoe liever.

En, wat was het afgelopen week genieten van de prachtige sneeuwtaferelen en de vele vogels die onze tuin gelukkig wisten te vinden om te foerageren. Kortom, ik geniet van alle lichtpuntjes. Wel wacht ik met smart op m’n Covid vaccinaties, zodat ik weer aan de slag durf te gaan bij “onze clienten”, want ik mis ze.

De pen geef ik graag door aan Ellen Gomis.

Hartelijke groet,

Toos

Jan Luijten

Hallo allemaal,

Als gepensioneerde hoef ik niet meer te pendelen. Nu deel ik de pen met voorgaande penners: Miek, Nancy, Monique, Corrie en Annemarie. En dat in de penibele tijd van de pandemic (eng.) en sinds Trump-en-Pence weg zijn van het Pentagon en uit Pennsylvania. Voor mij liever pen dan penseel. Begrepen?

Als bestuurslid (geen penningmeester) mag ik sinds 2015 bijdragen aan de ondersteuning van VPTZ West-Brabant &Tholen. Speciaal aandachtsveld daarbij is de kwaliteit. Deze omvat, naast bestuur en organisatie, primair de kwaliteit in de relatie tussen onze vrijwilligers en hun cliënten. Het Kwaliteitskompas gaat ons binnenkort helpen bij het dichter leren aansluiten op de leefwereld en behoeften van cliënten en hun mantelzorgers.

VPTZ Nederland initieert en coördineert veel activiteiten die alle leden aangaan. Sinds maart 2020 gaat dat vooral over corona: wat kan, wat nodig is, en hoe de veilige inzet van vrijwilligers valt te regelen. Actuele landelijke thema’s zijn de subsidieregeling van het ministerie van VWS vanaf 2022 en de herijking van de landelijke organisatie (van ledenraad naar Algemene Leden Vergadering).

Voor mij telt vooral hoe werken bestuurlijke veranderingen door en hoe komen die dan ten goede aan verbetering van onze kerntaak. Dat is de verbinding tussen vrijwilliger en de cliënt, thuis in de laatste levensfase.

In zijn nieuwjaarsgroet schreef voorzitter Bram al dat wij, qua aantal  inzetten de grootste regionale VPTZ-thuisorganisatie in NL zijn. Als cijfertjesliefhebber te illustreren met: ons werkgebied met 10 gemeenten omvat ca. 345.000 inwoners  (2,0% van NL).  Er zijn nu 200 leden bij VPTZ NL (thuisorganisaties, bijna-thuis-huizen en hospices). Is er een optimale organisatie (en schaalgrootte) die erin voorziet dat mensen die thuis willen sterven, dat ook kunnen? En, is de besluitvorming over “thuis mag en kan” ook eerlijk en helder?

De pendule slaat, mijn pennenvrucht is uitgelopen. Nu penpauze en wachten om zonder penitentie, ver weg van de penoze en zonder penalty, uit de penarie te komen. Breken we de pandemie net als een oudbakken demi-pain (fr.)? Met penicilline slopen we die niet. Wanneer komt de penetrante penetratie in mijn bovenarm? Fijn dat de EpiPen dan nabij is om mijn adrenalinespiegel zo nodig op peil te houden.

Vanuit ons pensionrijk penthouse in Etten-Leur, geef ik, zonder na-apen en verder geen grappen, penny-wise, de pen graag door aan Toos Verbogt.

Hartelijke groet,

Jan Luijten

Annemarie v.d. Kraats

Hallo allemaal,

Ik zal me eerst even voorstellen.
Ik ben Annemarie en ben in november 60 jaar geworden. Helaas geen groot feest, maar wat in het vat zit verzuurt niet hoop ik dan maar…

Sinds 2014 woon ik samen met een lieve boer in de polder bij de Heen. We hebben een fijn huis met een grote tuin, 4 kippen, 2 honden en een kat (geërfd van een dame waar we een VPTZ inzet hebben gedaan).

Nu 12 jaar geleden maakte ik met mijn gezin een hele heftige periode door. We hadden twee jongens thuiswonend. Mijn man was in oktober ziek geworden en bleek alvleesklierkanker te hebben. Ondanks zijn vechtlust had hij na de diagnose nog maar 4 maanden te leven.

Eind januari werd hij geopereerd in een uiterste poging tot het uitstellen van het ondenkbare. Ik zie hem nog lopen met zijn rolkoffertje richting het ziekenhuis. Zijn woorden: “Ik ga vechten om zo lang mogelijk bij jullie te blijven” zijn ingeprent in mijn hart. De operatie bracht geen soelaas en versnelde het proces. Half februari haalden we hem naar huis met de ziekenwagen, want de kracht om te lopen was weg.

In de dagen na de operatie had ik gebeld met huisarts en wijkzorg en alle andere instanties die maar iets zouden kunnen betekenen. Er stond een bed in de kamer en een rolstoel, een kamerscherm, postoel, bedtafel en rollator (omdat mijn man verwachtte dat hij die nog gebruiken zou). Ook was er zuurstof en een berg medicijnen.

Mijn man begreep heel goed dat ik nachtzorg voor hem wilde, omdat ik deze tijd zo fit mogelijk wilde doorkomen ook voor onze kinderen. Daar kwam professionele hulp voor.

Iemand had me gewezen op informele zorg. Vrijwilligers die ons konden bijstaan. Er kwam een dame om onze wensen te inventariseren en mijn man gaf aan dat als het mij hielp, hij het prima vond dat er iemand kwam.

De volgende middag kwam Ella, een rustige dame die kort met mijn man sprak en daarna naast zijn bed zat met een puzzelboekje. Zo kon ik even naar een winkel of boven de was doen zonder dat mijn jongens de verantwoordelijkheid moesten dragen.

Ella kwam twee keer per week. De tweede keer dat ze kwam was mijn man in slaap en kon ze geen gesprekje meer voeren. De derde keer was de dag voor de 17e verjaardag van mijn jongste zoon. Mijn man was inmiddels 10 dagen thuis en sinds drie dagen in slaap door palliatieve sedatie.

Ik zat met Ella beneden en wist niet goed wat ik nu moest doen. Onze gewoonte was dat ik taart zou bakken voor de verjaardag de volgende dag. Maar kon dat wel? Ella vroeg of ik de spullen in huis had en of het misschien een goed idee was als we samen zouden bakken. En daarmee hielp ze mij over de drempel.

Mijn man sliep achter in de kamer. Mijn jongens zaten in de voorkamer naar ‘de Lama’s’ te kijken en af en toe te lachen. En Ella en ik bakten een taart. Die avond zat Ella op mijn kaartje samen met mijn zus bij een voorstelling van Stef Bos.
En mijn man blies om 23.15 uur zijn laatste adem uit.

Toen het twaalf uur was feliciteerde we mijn jongste en aten we taart. De gedachte dat die laatste middag mijn man misschien gehoord heeft hoe zijn kinderen lachten en geroken heeft dat er gebakken werd om het leven te vieren, geeft troost.  Mijn vader had een paar jaar daarvoor dit in zijn laatste dagen gezegd… “het is goed om te zien dat het leven doorgaat.”

Ik ben daar Ella dankbaar voor.

En het heeft  mijn wens doen ontstaan om dit voor anderen te kunnen doen.

En zo ben ik bij de VPTZ beland.

Ik geef de pen graag door aan Jan Luijten.

Hartelijke groet,

Annemarie v.d. Kraats4

Corrie Passenier

Hallo iedereen,

Ik zat naar het nieuws te kijken en zag alle ellende van Eindhoven op TV. Intussen komt er een whattsapp binnen van Monique: wil jij de pen overnemen? Ja hoor, dan heb ik het maar gehad!
Wel zit ik nog midden in mijn boosheid.

Wat nou rellen!

Wat nou de boel slopen!

Wat nou de boel leeghalen enz. enz.

Wij zitten toch ook midden in de corona en willen toch graag dat het stopt?
Dat we weer zonder problemen elkaar kunnen zien en vasthouden! Waarom al dat negativisme?

Kijk niet verder dan alleen al onze VPTZ, wanneer hebben wij elkaar voor het laatst gezien of bijgepraat?
Hoeveel cliënten zouden graag hulp van ons hebben gehad?
Cliënten die getroost hadden willen worden of alleen maar een hand vastgehouden zouden willen hebben?

Dan realiseer ik me, dat ik niet in een negatieve flow wil denken en probeer het toch nog een beetje positief te benaderen.

Wat heeft corona mij opgebracht?

Wandelen, fietsen, elkaar weer ontdekken, van kleine dingen genieten, maar mijn grootste voorbeeld is wel:

Mijn wasmachine ging kapot en natuurlijk met een volle wasmand!
Mijn zoon gelijk: ”Nou, dan koop je toch een nieuwe”.

Watte???

Coronatijd, alles gesloten?

Zoon weer: ” … online”.

Eerst maar eens op de telefoon gekeken, maar ik dacht dat ik gek werd.

Later op de laptop een merk uitgezocht, reviews gelezen en een nieuwe machine besteld op vrijdagavond.

Zaterdag om 13.30 uur kwamen ze hem brengen en aansluiten. Om 16.00 uur draaide de wasmachine.

Zonder corona had ik een monteur moeten bellen en waren we waarschijnlijk 14 dagen verder geweest.

Als ooit iemand mij verteld had, van jij gaat nog eens een wasmachine kopen, digitaal, dan had ik naar mijn voorhoofd gewezen en gezegd ga jij eens naar de dokter!

Ook dit is corona!

Dit positieve geluid wilde ik even laten horen.

Blijf allemaal gezond en graag geef ik de pen door aan … Annemarie v.d. Kraats.

Corrie Passenier