Vrijwilligers zijn goud waard

Vroeg of laat krijgt iedereen met de dood te maken. Iedereen weet hoe kwetsbaar je dan bent, en hoe belangrijk het is dat er dan iemand voor je is. De 60 vrijwilligers van Vrijwillige Palliatieve Terminale Zorg West-Brabant & Tholen (VPTZ West-Brabant & Tholen) zijn er voor hen met aandacht, tijd en ondersteuning. Ontzorgen is hun missie.

Onze vrijwilligers zijn er niet voor de medische of verpleegkundige handelingen, maar doen vaak dezelfde dingen als de partners en familieleden. Door er op die manier voor mensen te zijn krijgen mantelzorgers de gelegenheid om even tijd voor zichzelf te nemen, zodat ze hun zware taak kunnen blijven doen. Dat er zijn voor mensen, dat is de belangrijkste rol van onze vrijwilligers.

Samen kunnen mantelzorgers, vrijwilligers en de beroepskrachten het verschil maken. Vrijwilligers zijn het cement van de samenleving, met goede vrijwilligers heb je echt goud in handen. Zeker in de stervenszorg zijn ze zo belangrijk. Het gaat om die oprechte aandacht, tijd en ondersteuning die ze kunnen bieden, zodat de stervende zich niet alleen voelt en de mantelzorger de zorg kan volhouden.

Ook in corona-tijd zijn onze vrijwilligers actief. Alle overheidsrichtlijnen worden in acht genomen.

Direct hulp aanvragen of meer weten?

Telefoon 06 514 980 69 – bel direct of schrijf een email naar info@vptz-westbrabanttholen.nl

WIJ ZIJN 24 UUR PER DAG EN 7 DAGEN IN DE WEEK BEREIKBAAR

 

Multiculturele aspecten in de palliatieve zorg

Alweer  zo’n interessante bijeenkomst van Café Doodgewoon West-Brabant, waarop de van oorsprong Turkse Mehmet Uygun ons op persoonlijke en humoristische wijze meenam naar de wereld van de allochtone palliatieve en terminale patiënten..

Hij vertelde ons wat eigenlijk een allochtoon is (het hele Koninklijke gezin bijvoorbeeld) en hoeveel allochtonen er in Nederland wonen .

Hij deelde met ons zijn persoonlijke ervaringen die hebben geleid tot de oprichting van SGAN (Stichting Gezondheid Allochtonen Nederland. ) Dit is een patiëntenorganisatie, die opkomt voor de belangen van de allochtone patiënten en zijn of haar naasten. De stichting speelt een actieve rol bij de begeleiding, advisering, doorverwijzing en verbetering van de leefwereld en contacten van allochtone patiënten in Nederland.

In zijn betoog kwamen verschillende knelpunten in ziektebenadering aan de orde . Verschillen in religie, culturele waarden en normen. Naast een taalprobleem kan het in een aantal culturen een dilemma zijn om over de (terminale) ziekte, prognose en het ziekteverloop te praten. Lang niet iedereen wil openlijk en rechtstreeks over de ziekte en de naderende dood spreken. In het land van herkomst is het vaak juist belangrijk om de zieke bij het alledaagse leven te betrekken en hoop te geven.

Een paar opmerkelijke zinnen uit zijn verhaal:

De huidige 2e generatie allochtonen vond en vind het moeilijk om mee te ontwikkelen in de Nederlandse samenleving, maar is ook niet mee ontwikkeld in de ontwikkelingen in het land van oorsprong van hun ouders.  Ze lopen dus soms echt achter.”

Vanuit religie is ziekte en pijn doorstaan iets wat erbij hoort.”

Bonuspunten’ (woord van Mehmet) om een goede plek in het hiernamaals te krijgen.”

De consequentie van deze gedachtegang is dan ook dat sedatie en euthanasie bijna niet bespreekbaar zijn.

Tips die Mehmet ons meegaf:

Het Nederlandse slechtnieuwsgesprek is veel te direct. Neem een omweg.

Laat kinderen niet tolken. Zij kunnen m.n. sommige onderwerpen niet met ouders bespreken.

Vermijd moeilijke woorden want vaak is men analfabeet of laag opgeleid. Bijv.  terminaal = laatste fase.

Communiceer via een vertrouwenspersoon.

Vraag bij onderzoeken aan patiënt wie aanwezig mag zijn. Vaak moet ook partner weg.

Kijk eens naar de video: “ik heb een dokter in Marokko”.

Als een hele groep de patiënt wil bezoeken, kies dan een aanspreekpersoon.

Gebruik het kaartje met de 3 belangrijkste vragen die een patiënt kan stellen aan de behandelaar. Deze kaartjes zijn er in meerdere talen. (SGAN)

Meer tips uiteraard ook in de powerpoint die Mehmet ons toonde. Deze is te downloaden op de website www.doodgewoonwestbrabant.nl.

Tenslotte:

Zorgverleners dienen te beschikken over empathie, moeten écht aandacht geven en proactief handelen; bijvoorbeeld door actief de zorgbehoefte te achterhalen, te reageren op signalen en zelf met suggesties te komen. En het is belangrijk om goed te blijven communiceren, creatief naar oplossingen te zoeken. Hiermee wordt voorkomen dat de kloof tussen twee werelden  niet groter wordt, maar juist kleiner.

 

Tekst: Aad Joosten

Laat je hersenen niet zitten

Hoe lichaamsbeweging je hersenen jong houdt

3 redenen om dit boek te lezen

  1. De auteur schudt je wakker. Demente ouderen die amper uit hun stoel komen, kinderen die alleen maar gamen, ouders met overgewicht die zich niet inspannen om daar iets aan te doen. Het is niet langer ” done”, aldus hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder. Te weinig beweging veroorzaakt niet alleen overgewicht en een slechte conditie, maar ook een slechte cognitie. Zo lijden je concentratie, geheugen, en vermogen om te plannen en multitasken allemaal onder stilzitten.
  2. Het onderzoek is gloednieuw. De auteur bespreekt allerlei recente onderzoeksresultaten op het gebied van bewegen en de hersenen. Zo blijken lichamelijk fitte kinderen veiliger de straat over te steken dan kinderen die weinig beweging krijgen. Ze letten beter op en zijn minder snel afgeleid. Schokkend is hoe weinig onderzoek er bestaat naar het effect van bewegen op psychische stoornissen. En dat terwijl bewegen een gratis remedie zou kunnen zijn.
  3. Je krijgt bewegingsadviezen voor een beter denkvermogen. Elke beweging telt. Zo heeft een eenmalige inspanning van tien minuten, zoals een lunchwandeling, al een positief effect op het denkvermogen. Ook kauwen helpt. De kauwspieren zijn namelijk bijzonder sterk, waardoor kauwen de hartfrequentie omhoog jaagt. Waarbij een kauwgumpje natuurlijk beter is dan extra te eten.

 

Laat je hersenen niet zitten – auteur: Erik Scherder  – Polak & van Gennep

Tekst Pieternel Dijkstra

Tweede Café Doodgewoon op17 september

Sinds juni 2015 is in West-Brabant Café Doodgewoon geopend voor professionals, vrijwilligers en mantelzorgers in de palliatieve zorg. Vijf maal per jaar op de derde donderdagavond van de maand gaan de deuren naar de Binnentuin van TWB, thuiszorg met aandacht, open.

De tweede “Café Doodgewoon” vindt plaats op 17 september van 19.00 uur tot ongeveer 21.30 uur. Locatie van Café Doodgewoon is: de Binnentuin van TWB, Belder 2-4, 4704 RK Roosendaal.

De avond gaat door onverwachte omstandigheden ietwat anders worden ingevuld als oorspronkelijk aangekondigd. We hebben Gonnie Jansen uitgenodigd. Zij is documentairemaakster, levensverhalenexpert en verpleegkundige. Zij legt levensverhalen vast om na te laten voor wie de tijd dringt. Zie haar website: www.onderons.nu

Gonnie Jansen werkt met mensen in de laatste periode van hun leven en is gespecialiseerd in ‘doodgewone gesprekken’, openhartige interviews met ongeneeslijk zieke vrouwen die sterven bespreekbaar willen maken.

Zij is een vrouw met een missie: elk mens beleeft de dood en doodgaan verschillend en daarin kunnen we van elkaar leren en ook elkaar inspireren. Wat heb je nodig als je niet lang meer te leven hebt en wat is steunend, zoals in de contacten naar zorgverleners? Hierover gaan we tijdens deze interactieve avond een doodgewoon gesprek met elkaar voeren. Dat doen we aan hand van filmfragmenten met ongeneeslijk zieke vrouwen die openhartig vertellen hoe zij omgaan met hun beperkte levensverwachting en wat hen helpt.

Ook zal Gonnie Jansen een kort telefoongesprek hebben met een ervaringsdeskundige over wat haar helpt en wat niet en welke adviezen zij heeft voor de zorgverleners.  We gaan ook nog op een creatieve manier kijken naar dit thema. En natuurlijk is er volop ruimte om ervaringen met elkaar uit te wisselen.

VPTZ West-Brabant & Tholen en het Netwerk Palliatieve Zorg Roosendaal, Bergen op Zoom en Tholen vinden dat de dood net zo bij het leven hoort als de geboorte. We willen het gesprek over het levenseinde stimuleren door op informele manier kennis te delen, informatie te geven en ondersteuning te bieden, zowel aan mensen voor wie het levenseinde in zicht komt en hun naasten als aan de zorgverleners en belangstellenden. Daarom hebben we Café Doodgewoon opgericht, om aan de hand van thema-avonden zorgverleners uit West-Brabant en Tholen met elkaar in contact brengen, ervaringen laten uitwisselen en informatie delen rond de palliatieve zorg. Hierdoor wordt de transmurale samenwerking versterkt en weten de hulpverlenende organisaties elkaar beter te vinden. De palliatieve zorg aan de patiënt en zijn/haar naasten kan zo verder geoptimaliseerd worden!

De inloop van Café Doodgewoon begint om 19.00 uur met een kopje thee of koffie. We eindigen met een drankje, borrel en wat hapjes, rond 21.30 uur.

De eerste Café Doodgewoon vond plaats op 18 juni en was een groot succes. Het onderwerp was integere aandacht in de palliatieve zorg en werd door Theater van de Laatste Dagen mooi verbeeld. Een verslag van deze avond is hier te vinden op deze website.

Organisatie: Netwerk Palliatieve Zorg Roosendaal, Bergen op Zoom en Tholen en VPTZ West-Brabant & Tholen

Aanmelden hoeft niet, maar mág wel, via: info@vptz-westbrabanttholen.nl. Kom doodgewoon!

Première Café Doodgewoon West-Brabant

Op donderdag 18 juni is het zover. De première van Café Doodgewoon in West-Brabant. VPTZ West-Brabant & Tholen en het Netwerk Palliatieve Zorg organiseren 5 maal per jaar thema-avonden, waarbij op een informele manier professionele zorgverleners en vrijwilligers met elkaar in contact kunnen komen en ervaringen rondom palliatieve zorg uitwisselen. Dit gebeurt de ene keer aan de hand van een ervaringsdeskundige, de andere keer door middel van bijvoorbeeld een film of toneelstuk. De thema’s zijn wisselend, maar de palliatieve cliënt staat altijd centraal. Hulpverleners, mantelzorgers, vrijwilligers, cliënten en belangstellenden zijn welkom.

Op 18 juni houdt theatermaakster Nicoline van de Beek een pleidooi voor integere aandacht. Zij doet dit met een toneelvoorstelling over werken in de palliatieve zorg. Daarna is er ruimte en tijd voor interactie en gesprek. De avond wordt afgesloten met een hapje en een drankje.

In 2015 vindt ook op 17 september en 19 november, de derde donderdag van de maand, een Café Doodgewoon plaats. In 2016 staan de data 18 februari en 21 april genoteerd.

Aanmelden hoeft niet, maar mág wel, via info@vptz-westbrabanttholen.nl

Er zijn geen kosten aan verbonden

Locatie: de Binnentuin van Thuiszorg West-Brabant, Thuiszorg met aandacht, Belder 2-4, 4704 RK in Roosendaal

Tijd: van 19.00 tot 21.30 uur

 

Tekst: Louise Smit

Grensverleggend samenwerken, samen zijn we sterker

Samenwerken, dat is de toekomst. Daarover zijn alle aanwezigen het wel eens: samenwerking tussen organisaties, ‘er zijn’ voor de cliënt, mantelzorgers en naasten, is dé manier om de kwaliteit van zorg op een menswaardig peil te waarborgen.

“Welkom”, Meta Vrijhoef van Netwerk Palliatieve Zorg neemt het woord namens voorzitter Janneke van Vliet die helaas verhinderd is. Meta verontschuldigt zich voor de ingewikkelde route naar de aula in het Franciscus Ziekenhuis welke overigens uitstekend bewegwijzerd is. “Deze route”, zo geeft zij aan, is een parallel met het thema van vandaag. We gaan de grenzen zoeken, welke route zullen we nemen, waar gaan we naar toe?”

Na een terugblik op het afgelopen jaar, in 2013 bestond Netwerk palliatieve zorg 10 jaar, beschrijft Meta hoe de dag verder zal verlopen en kondigt zij Madeleine Timmermann aan. Madeleine is verbonden aan het Kennis & Expertise Centrum van Stichting Groenhuysen te Roosendaal.

Spiritualiteit

Madeleine gaat in op het thema van de dag: “grenzen verkennen, verleggen”. Zij haalt hierbij het boek van Hella Haasse ‘Heren van de Thee’ aan. Ze vertelt kort over de inhoud: “Het gaat over een man, hij verblijft in het voormalig Nederlands Indië. De zaken lopen niet zoals hij zou willen, de familie in Nederland verwacht meer van hem. Uiteindelijk schrijft hij een brief, een brief vol verwijten en klachten. Een familielid in Nederland leest de brief en reageert boos, de brief drijft een wig tussen de families. Later, veel later leest de man in Nederland de brief nog een keer. En, nu leest hij hem heel anders. Het wordt hem duidelijk wat de man heeft bedoeld. Nu kan hij ook de omstandigheden laten meewegen; de man in het diepe zuiden had geen kinderen, hij en zijn vrouw leden hier zeer onder. Zo zie je dat dingen, in een andere betekenislaag, een andere uitwerking en betekenis krijgen.”

Spiritualiteit is volgens Madeleine een alledaags iets. Het is altijd om ons heen. Het is‘verbonden zijn’. Spirit betekent geest. Maar het gaat over de hele mens, lichaam en ziel.

“In tijden van crises” zo vertelt Madeleine, “je ziet het vaak, dan is er ineens tijd voor bezinning. Er komen vragen op. Het gaat om verbondenheid. Verbondenheid met het moment, met jezelf, met anderen, met de natuur. Het is je levensbron”. Madeleine spreekt verder over rituelen. Ze haalt het afscheidsmoment aan zoals dat in Roosdonck de gewoonte is wanneer een overleden cliënt het hospice verlaat: stil staan, samen, verzorgenden en vrijwilligers. Spiritualiteit zit ook in communicatie. In woorden, verhalen, poëzie. Niet alleen in taal maar ook in muziek, of juist stilte of een kaarsje opsteken. En ten slotte, het mysterie van het sterven. Dat is geen roze wolk, het kost kracht om daarbij te zijn. Madeleine’s toespraak is een interessante kijk op de invloed van spiritualiteit op het leven, ‘de mens te zien’. Zij sluit haar lezing af met muziek en de tekst van een lied van de band ‘De dijk’: ‘Kan ik iets voor je doen?’

Laatste couplet:

Kan ik iets voor je zijn

een soort arm om je heen?

Zodat het iets minder schrijnt

En je niet zo alleen?

Dan wordt het gezelschap in groepen gedeeld om te gaan deelnemen aan de workshops.

Weer langs de trappen en wegwijzers, de groepen begeven zich naar de verschillende locaties en wisselen elkaar af. Drie workshops, na de tweede is er een pauze waarin een smakelijke Italiaanse maaltijd wordt geserveerd.

Kwaliteit van leven

Ellen van der Weijde, regiocoördinator van de Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg

West-Brabant & Tholen (VPTZ) wil samen zoeken naar mogelijkheden om samen, met andere organisaties, te zorgen. Met Aad Joosten verzorgt zij de interactieve workshop. De meerwaarde van vrijwilligers in de palliatieve zorg is duidelijk. Kijkend naar de organisaties zie je de verschillen in de zorg rondom de cliënt. Zoals vrijwilligers kunnen werken is dat de gedroomde situatie voor verzorgenden in deze tijd: één-op-één werken met de cliënt, tijd hebben!

Aad Joosten brengt in beeld wie werkt in de reguliere zorg, betaald werkt, en wie vrijwilliger is, of nog andere functies heeft in de zorg. Hij vraagt zich af: hoe wil je het zien, wat ziet u nu en wat wilt u anders zien? Ellen: ”Steeds vaker worden vrijwilligers ingezet in tehuizen. Terminaal zieken zijn niet alleen mensen met de ziekte kanker, ook cliënten met dementie en andere ziekten zijn terminaal ziek te noemen”.

Een paar cijfers: als je het aan mensen vraagt wil 75% van de mensen thuis blijven, thuis sterven. Door de verschraling van de zorg zullen steeds meer mensen langer thuis en zelfstandig wonen. Hoe komt het dan dat zoveel mensen uiteindelijk toch opgenomen in een ziekenhuis? Dat heeft volgens Ellen en Joost veel verschillende redenen. Ellen: “Het is zaak om het werk van de vrijwilligers van VPTZ nóg veel meer uit te dragen bv. naar de huisartsen toe”.

Aan de hand van een aantal stellingen gaan de aanwezigen met elkaar aan de slag. Wisselend tussen de statafels met deze stellingen wordt er gediscussieerd.

‘Waar ligt de grens in samenwerking tussen formele en informele zorg’? ‘Als we meer zouden samenwerken, wat zou het ons, de cliënt en de mantelzorgers opbrengen’? De tijd is te kort om voor iedereen alle stellingen aan bod te laten komen. Maar interessant is het zeker, stof tot nadenken, openingen vinden waar het beter kan, of moet!

“Samen zijn we sterker”, zo besluit Ellen van der Weijde de workshop. Zeker waar, een mooi uitgangspunt om te bekijken waar meer samenwerking tussen organisaties kan leiden tot betere kwaliteit van zorg voor de palliatieve cliënt. Thuis, in het ziekenhuis, in een tehuis of het hospice.

Fysiotherapie in de laatste fase, is dat nou nodig? “Jazeker, fysiotherapie kan zoveel toevoegen aan het comfort van de cliënt!” Zo vinden de drie fysiotherapeuten van Netwerk palliatieve fysiotherapie. Gedrieën geven zij de workshop. Ze vertellen ieder over een deel van hun werk en wat zij voor de cliënt, maar ook voor de verzorgenden of mantelzorgers kunnen betekenen. “Wat belangrijk is”, zo begint Tanja Ivanovski, “is dat we van elkaar weten wát we doen. De communicatie tussen de organisaties rond de cliënt”. Fysiotherapie draagt bij aan het draaglijk maken van pijn en stress. Voorwaarde is dat wij als therapeuten rust brengen, zelf rustig zijn en zorgen dat we goed in ons vel zitten. Dat zijn voorwaarden. “Als een cliënt bij mij in de praktijk komt en hij of zij is gestrest, dan zeg ik vaak: ’ga eerst maar eens gewoon rustig liggen’. Stress versterkt namelijk ongemakken zoals angst, pijn, misselijkheid, benauwdheid”. Fysiotherapie is communicatie via de handen.

“Grensverleggend samenwerken, dat doen wij met dezelfde passie: de zorg voor de cliënt”, zo begint Annemarie Hendriks – van Zundert haar verhaal. “Met de druk vanuit de overheid en zorgverzekeringen in een tijd waarin alles sneller en in kortere tijd moet gebeuren is het goed om te kijken wat wij samen voor de cliënt kunnen betekenen”. Zij laat een filmpje zien: een man, hij kijkt niet vrolijk, eerder een beetje chagrijnig. Maar dan laat het filmpje het levensverhaal zien van de man, het hoe en waarom. Het laat de mens zien achter het gezicht.

“Waar kunnen wij als fysiotherapeuten mee helpen? Daarbij kijken we vooral naar de hulpvraag; we kunnen bv. advies geven over de toiletgang. Het kan heel belangrijk zijn voor een cliënt om dit zelf te kunnen. Niet hup, snel, op de postoel, nee, kijk hoe het mogelijk is voor de cliënt zolang mogelijk zelf naar het toilet te gaan. Andere dingen zijn bv. douchen, wandelen, aan tafel eten, verliggen in bed. Er wordt zo snel ‘voor de cliënt gedacht’, laten we een pas op de plaats maken en denken: hebben we het aan hém, of aan háár gevraagd?”

Ten slotte licht Conny Robbeson nog een aantal praktische zaken toe waar fysiotherapie van belang kan zijn. Dat is heel divers. Er zijn veel symptomen waar een cliënt mee te maken kan hebben en waar oefeningen, massage, hulpmiddelen en training een toegevoegde waarde kunnen zijn. Cliënten kunnen naar de gespecialiseerde fysiotherapeuten in palliatieve zorg verwezen worden. (palliafysio.wb@gmail.com).

Het gesprek aangaan

“Wanneer is het het juiste moment om een gesprek aan te gaan over de wensen van een cliënt over die laatste fase van het leven, en het stukje daarna, wat wilt ù?” Harold Stallaert is pastor en als consulent verbonden aan het Palliatief Consultatief Team van ziekenhuis Lievensberg in Bergen op Zoom. Hij vraagt zich af wanneer een goed moment voor een gesprek over wensen over de laatste fase zich aanbiedt. “Er zijn mensen die dat helemaal niet weten van hun partner, dat kan nare situaties geven wanneer het moment zich onverwacht aandient”. Hij haalt voorbeelden aan, een eigen ervaring, een slecht afscheid: ‘wie was die man waar ze het over hadden, was dát mijn vriend?’ een standaard verhaal dat opgedist wordt tijdens de crematie? Zonde is dat.

Nog een verhaal: “Een moeder, vijf kinderen, getrouwd, ze was de spil in het gezin: de diamant. De vraag komt: mama, wat wil jij? Een gesprek met veel diepgang en vertrouwen is het gevolg. Helaas, uiteindelijk gaan dingen toch anders. Er zijn vijf kinderen, ieder heeft zijn eigen relatie gehad met moeder, een eigen mening waarom het zo of anders moet. Daarom: Wat wilt ù?”

Hij heeft een plan opgevat: een wensenboek samenstellen. Maar wat zet je daarin? Zijn vraag is om dit per tafel, samen en individueel in te vullen. Vragen over wat wilt u nog bij leven? Op het laatst, wie wilt u zien, wilt u muziek, welke? Of juist niet? Leg je je niet vast op deze manier? Want, als ik straks daar lig, wil ik dat dan nog? Wanneer vul je dit wensenboek in? De discussies zijn levendig, antwoorden divers. Goed om bij stil te staan, dat gaan we doen hoor als we thuis zijn.

Is dat zo? Echt? Of schuiven we het nog maar even weg…?

Het is een mooie dag, heel veel vragen zijn aan bod gekomen, vele antwoorden zijn gegeven en we zijn het eens, SAMEN ZIJN WE STERKER!

 

Tekst: Rianne Uijtdewillegen, VPTZ West-brabant & Tholen

 

VPTZ ontvangt cheque voor ‘Monuta-boekenkast’

Op dinsdag 21 oktober jl heeft onze afdeling, VPTZ West-Brabant-Tholen, een cheque ontvangen ter waarde van € 1250,-. Het bedrag is ter beschikking gesteld door het Monuta Charity Fund, werd overhandigd door mevrouw Ellen Kok-Dekker van Monuta de Groen uit Roosendaal en mevrouw Suleika Schoumacher van Monuta Terol uit Bergen op Zoom. Het MCF steunt eenmalige projecten, initiatieven die zich verbinden met mensen in de moeilijke tijd voor of na het overlijden van een dierbare. Daarmee zijn ze bij VPTZ aan het juiste adres!

In april dit jaar is er een aanvraag gedaan bij MCF voor de aanschaf van een boekenkast.

De vrijwilligers Ginny Broekema, Ria Roggeband, Terry Verhaeren en Suzanne Meijer zullen de bibliotheek opnieuw gaan organiseren. Ze gaan nieuwe boeken, dvd’s en e-books kopen en zorgen voor een goed systeem zodat de boeken goed rouleren en beschikbaar zijn voor de vrijwilligers. De boeken sluiten op het werk en interesses van onze vrijwilligers.

VPTZ is erg ingenomen met de gift van MCF dat al ruim twaalf jaar lokale initiatieven steunt. Vier keer per jaar worden projecten gekozen uit een grote stapel aanvragen. Vorig jaar heeft het fund landelijk 104 projecten gesteund. De ‘Monuta-boekenkast’ krijgt een centrale plaats, in de kapel van Wiekendael, waar de vrijwilligers regelmatig samen zijn voor vergaderingen.

Tekst Rianne Uijtdewillegen